CGM

5 tips om meer uit je CGM te halen

Een real-time continue glucose monitor (rtCGM) helpt meestal direct met het beter kunnen managen van de bloedsuiker. Dit dankzij het continue inzicht dat het daarvoor biedt en de alarmen die afgaan wanneer de bloedsuiker te hoog of te laag dreigt te gaan. Maar op basis van mijn ervaring zijn er nog een aantal ’tips voor gevorderden’ om het meeste uit een CGM te halen.

Tip #1: Analyseer je patronen en trends

Wanneer je een CGM gebruikt verzamel je al snel veel data van verschillende dagen en maanden. Het mooie aan deze data is dat je hiermee patronen en trends kan gaan herkennen, wanneer je dit naast of over elkaar heen legt. De meeste CGM sensoren bieden hier zelfs software voor. Zo biedt Dexcom hun ‘Clarity’ software, waarmee je dit eenvoudig kunt doen.

Wekelijks krijg ik per e-mail een rapport met daarin, als deze er is, een trend waar ik mogelijk aandacht aan moet besteden. Zo zat ik de afgelopen week gemiddeld hoger na het avond-eten, wat erop duidt dat mijn koolhydraat-ratio voor die maaltijd aangepast moet worden. Dit had ik zonder het inzien van deze trend in dit rapport niet geweten, want doordeweeks in ‘de waan van de dag’ stond ik eigenlijk niet stil bij deze hogere bloedsuikers.

Tip #2: Pas je alarmen aan wanneer je cardio gaat doen

Veel mensen worstelen met hun bloedsuiker bij hardlopen of andere vormen van cardio. Met name als het gaat om lage bloedsuikers, door het bewegen. En als iets irritant is, dan is het wel dat je moet stoppen met sporten om je hypo op te lossen…

Een CGM biedt uitkomst. De alarmen kun je in de meeste gevallen namelijk aanpassen. Wanneer ik ga hardlopen, zorg ik dat het ‘laag’ alarm iets ‘hoger’ staat. Zo verander ik het alarm meestal van 4.3 mmol/l naar 5.3 mmol/l. Als het alarm tijdens het hardlopen afgaat, ben ik er dus bij voordat ik in een hypo beland! Dit geeft me meer tijd om de hypo te voorkomen, zodat ik kan blijven doorrennen.

Tip #3: Stel een apart schema in voor de nachten

Met sommige CGM’s is het mogelijk om een apart alarmschema in te stellen voor in de nacht tijdens het slapen. Hier maakte ik veel gebruik van toen ik nog mijn insuline toediende met insulinepennen. Door in de nacht mijn hoog alarm iets ‘lager’ (8.5 mmol/l) en laag alarm iets ‘hoger’ (4.5 mmol/) in te stellen, kreeg ik een alarm kreeg dat mij wakker maakte en ik dus kon corrigeren voordat ik een hypo of hyper kreeg.

Natuurlijk, wakker worden door een alarm in de nacht is nooit fijn. Maar ik kan je vertellen dat je de dag erna een stuk meer energie hebt wanneer je dit doet, dan dat je wakker wordt met een hypo of hyper die uren heeft geduurd. Dat heeft namelijk veel meer impact op je lichaam.

Tip #4: Wees oplettend in de eerste 24 uur na het plaatsen van een nieuwe sensor

Wanneer je een nieuwe sensor plaatst, kan het zijn dat je in de eerste 24 uur iets minder nauwkeurige metingen krijgt. Dit komt omdat het inschieten van de sensor voor een ‘mini trauma’ zorgt op deze plek, de beschadigde lichaamscellen zich moeten herstellen en het voor de sensor daarom lastiger is om een goede meting te krijgen.

Hoewel niet altijd het geval, kan dit bij iedere flash of continue glucose monitor voorkomen. Zaak is om in die eerste uren dus goed op te letten of dit het geval is. Blijken de metingen namelijk opvallend of anders te zijn dan verwacht, dan doe je er goed aan om je bloedsuiker ook een aantal keer handmatig met een vingerprik te dubbel-checken.

Tip #5: Kijk niet te veel naar je CGM

Een CGM is een noodzakelijke techniek voor het managen van de bloedsuiker, maar het is belangrijk om obsessie te voorkomen. Je krijgt zoveel data en het is verleidelijk om daar continue naar te kijken. Maar feit is dat obsessief naar je bloedsuiker kijken niet voor betere management hoeft te zorgen, en wel kan leiden tot een lagere kwaliteit van leven door meer stress. Het is dus belangrijk om hier bewust mee om te gaan.

Om die reden kies ik persoonlijk allereerst voor de meest nauwkeurige CGM (Dexcom). Dit geeft mij namelijk al meer rust, omdat ik beter om de alarmen kan vertrouwen dan bij een andere sensor. Hierdoor heb ik minder de neiging om tussendoor te kijken.

Ook kijk ik eigenlijk na het eten van een maaltijd de eerste uren niet op mijn CGM. Ik weet tenslotte dat er dan koolhydraten en insuline actief is, en dat moet zijn werk gaan doen. Gaat het om een of andere reden in die uren toch niet goed, dan kijk ik pas als er een alarm gaat. Dit beperkt het aantal keer dat ik op een dag kijk naar mijn CGM en biedt de nodige mentale rust.

Daarnaast kun je natuurlijk ook overwegen om een totale pauze van je CGM te nemen en tijdelijk terug te gaan op vingerprikken. Ik heb dit nog nooit gedaan, maar ik ken mensen die dit zo nu en dan doen ondanks dat zij een CGM ook als essentieel zien.

Bonus tip #1: Gebruik bij voorkeur goedgekeurde draaglocaties

Soms zie ik op social media mensen hun glucosesensor dragen op plekken waar deze niet voor is getest. Denk aan de borst of bovenbeen.

Dit blijft natuurlijk je eigen keuze, maar de fabrikant van de sensor geeft vaak duidelijke richtlijnen voor waar de sensor te plaatsen. Persoonlijk houd ik mijzelf daar altijd aan, omdat ik ervaar dat deze plekken voor nauwkeurigere metingen zorgen.

Bonus tip #2: Koppel je CGM aan je smartwatch

Sommige CGM’s kun je koppelen aan sommige smartwatches, waardoor je letterlijk in in een handomdraai je bloedsuiker kunt checken. Dit is ideaal tijdens vergaderingen of autorijden en daarmee een waardevolle toevoeging, als je het mij vraagt.

Ik koppel mijn Dexcom G6 met een Apple Watch Series 3.

Heb jij nog tips voor het gebruik van een CGM?

DEEL DIT ARTIKEL

Lees verder:

Mis nooit een nieuwe blog of vlog

Meld je aan voor mijn nieuwsbrief en krijg melding bij publicatie van een nieuwe blog of vlog. Ik spam je dus niet.

Meer informatie over de nieuwsbrief vind je in het privacybeleid